Verknochte rechten zijn goederen of schulden die aan de persoon van de echtgenoot of echtgenote in meer of mindere mate verbonden zijn. Door deze verbondenheid aan de persoon geldt in sommige gevallen dat het goed of de schuld niet gedeeld hoeft te worden bij scheiding.
Het hof heeft onlangs geoordeeld in een kwestie waarbij er sprake is geweest van twee ontslagvergoedingen. De kwestie is als volgt (we noemen de man even Toon en de vrouw Ellen): Toon en Ellen zijn in 1986 in gemeenschap van goederen met elkaar gehuwd. Tijdens het huwelijk ontvangt Toon twee ontslagvergoedingen: één van Tele Atlas en één van TomTom. De ontslagvergoeding van Tele Atlas brengt Toon onder in een stamrecht-BV. In 2013 wordt het huwelijk door echtscheiding ontbonden.
De rechtbank heeft bepaald dat de TomTom-ontslagvergoeding niet aan Toon is verknocht en door partijen bij helfte dient te worden gedeeld. De stamrechtvoorziening die is gefinancierd uit de van Tele Atlas ontvangen ontslagvergoeding, is naar het oordeel van de rechtbank wel aan Toon verknocht. In hoger beroep bevestigt het hof dit oordeel van de rechtbank. Ellen gaat in cassatie.
Ten aanzien van de ontslagvergoeding van Tele Atlas overweegt de Hoge Raad als volgt. De jurisprudentie over dit onderwerp heeft betrekking op aanspraken strekkend tot vervanging van inkomen uit arbeid dat een echtgenoot bij voortzetting van zijn dienstbetrekking zou hebben genoten. Voor zover de aanspraak ertoe strekt te voorzien in inkomen na pensionering (‘oudedagsvoorziening’), valt deze – bij niet-toepasselijkheid van artikel 1:94 lid 2 sub b BW – in beginsel wel in de gemeenschap. Immers, anders dan aanspraken ter vervanging van inkomen dat na ontbinding van de huwelijksgemeenschap uit arbeid zou zijn genoten, dienen dergelijke pensioenaanspraken die tot uitkering komen na zodanige ontbinding, voor zover zij zijn opgebouwd tijdens het huwelijk, in beginsel mede tot verzorging van de andere echtgenoot.
Zoals kan worden afgeleid uit HR 26 september 2008 (ECLI:NL:HR:2008:BF2295) dient de aanspraak uit hoofde van de stamrechtovereenkomst zelfstandig – dus los van de ontslagvergoeding waaruit deze aanspraak is gefinancierd – op verknochtheid te worden beoordeeld.
Uit de door het hof aangehaalde passage uit de stamrechtovereenkomst blijkt dat deze onder meer voorziet in periodieke uitkeringen nadat Toon de 65-jarige leeftijd heeft bereikt. Het hof had de stelling van Ellen dat de ontslagvergoeding en/of de aanspraken uit hoofde van de stamrechtovereenkomst altijd bedoeld zijn geweest als oudedagsvoorziening, niet onbehandeld mogen laten. Indien die stelling juist is, zou dat immers tot het oordeel kunnen leiden dat de aanspraak van Toon uit hoofde van de stamrechtovereenkomst in de gemeenschap valt.
Uitgaande van zijn oordeel dat de aanspraak van Toon op de stamrecht-BV strekt tot vervanging van inkomen uit arbeid, had het hof moeten onderzoeken in hoeverre de aanspraak ziet op de periode vóór respectievelijk ná de ontbinding van de huwelijksgemeenschap. Anders dan Toon betoogt, kon het hof deze beoordeling niet achterwege laten op de grond dat Toon niet met zoveel woorden subsidiair heeft bepleit dat de aanspraak tenminste gedeeltelijk in de gemeenschap valt.
Ten aanzien van de ontslagvergoeding van TomTom overweegt de Hoge Raad als volgt. Uit vaste jurisprudentie volgt dat, ook als een ontslagvergoeding in de vorm van een geldbedrag ineens is ontvangen en dit bedrag niet wordt aangewend voor de aankoop van een stamrecht(verzekering), sprake kan zijn van verknochtheid in de zin van artikel 1:94 lid 3 (oud) BW.
Toon heeft in eerste aanleg de zogenoemde ‘term sheet’ overgelegd, waarin mede op de ontslagvergoeding wordt ingegaan. In appel heeft Toon bovendien overgelegd een passage uit een concept-arbeidsovereenkomst met TomTom die op de ontslagvergoeding betrekking heeft. In het licht hiervan is het oordeel van het hof (dat Toon de aan de ontslagvergoeding ten grondslag liggende overeenkomst niet heeft overgelegd en dat het niet kan vaststellen of de ontvangen ontslagvergoeding tot doel had het inkomen van Toon aan te vullen tot zijn laatstgenoten salaris) zonder nadere motivering, die ontbreekt, niet begrijpelijk.
De Hoge Raad vernietigt en verwijst.