Op 21 mei 2019 heeft de Eerste Kamer ingestemd met de Wet herziening partneralimentatie. In deze uitgave gaan wij in op een aantal belangrijke vragen over deze wet.
Wat gaat er veranderen?
De maximale duur van partneralimentatie wordt verlaagd van twaalf naar vijf jaar. Let op: het gaat om de maximale duur. Partneralimentatie kan ook over een kortere termijn worden vastgesteld of afgesproken.
Waarom deze wijziging?
De regering wil financiële onafhankelijkheid van vrouwen bevorderen en vindt dat de huidige duur van de partneralimentatie de economische zelfstandigheid van vrouwen niet stimuleert. De regering vindt het belangrijk dat partners die op het moment van scheiding niet economisch zelfstandig zijn, ernaar streven dat binnen een redelijke termijn alsnog te worden.
Zijn er ook uitzonderingen?
Omdat het voor bepaalde groepen niet eenvoudig zal zijn om na een kortere periode van partneralimentatie in het eigen levensonderhoud te voorzien, worden er drie uitzonderingen gemaakt.
Als er een samenloop van omstandigheden is van meerdere uitzonderingen, dan geldt de langste termijn.
Wat is de hardheidsclausule?
Naast de uitzonderingen op de nieuwe hoofdregel van vijf jaar, kent het wetsvoorstel ook een hardheidsclausule. Daarmee kan de alimentatieduur in schrijnende gevallen worden verlengd. Denk hierbij aan:
Het is uiteindelijk aan de rechter om te beoordelen of er sprake is van een situatie die toepassing van de hardheidsclausule rechtvaardigt.
Wanneer treedt de wet in werking?
De wet treedt waarschijnlijk in werking met ingang van 1 januari 2020.
Voor wie geldt de nieuwe wet?
De nieuwe wet is alleen van toepassing op een alimentatieverplichting die op of na 1 januari 2020 tussen partijen is overeengekomen of waarbij het verzoekschrift tot echtscheiding is ingediend op of na 1 januari 2020. De wetswijziging heeft geen gevolgen voor bestaande alimentatieverplichtingen.